De A2, de snelweg naar het zuiden, van Amsterdam naar de Belgische grens
Het is voor Nederlandse begrippen een heel eind van Amsterdam naar Maastricht. Toch is de A2 met een lengte van 212 km niet de langste snelweg van ons land. Er is er nog een langer en dat is de A7 van Zaandam naar Oudeschans met een lengte van 241 km. Overigens eindigt de A2 niet in Maastricht, maar gaat door tot de Belgische grens bij Eijsden. Dat laatste stukje was jarenlang een knelpunt, maar daar kwam in 2016 een einde aan met de aanleg van een tunnel in Maastricht.
Daarmee was de A2 als snelweg pas echt af; een project waar men al in de jaren 30 mee was begonnen. Uiteraard bestonden er al wegen richting Maastricht, maar de ombouw tot autosnelweg ging met horten en stoten met achtereenvolgens de openstellingen van de trajecten Amsterdam- Utrecht in 1954, Utrecht- ‘s-Hertogenbosch in 1970, Eindhoven-Maastricht in 1989, ‘s-Hertogenbosch-Eindhoven in 1996. En 20 jaar daarna dus pas het laatste stukje door Maastricht.
Het traject heeft verschillende benamingen gehad, maar sinds het rijkswegenplan van 1984 heet het de A2. Het maakt ook deel uit van het Europese routenetwerk namelijk als E35 tussen Amsterdam en Utrecht en als E25 tussen Utrecht en de Belgische grens.
De hectometrering kent nog wel een verrassing, want die begint bij hectometer 30,6 en niet bij 0,0. Dat is een erfenis uit het verleden toen de rijkswegen nog niet genummerd waren en om verwarring te voorkomen met de ca. 25 km lange rijksweg (nu de A4) vanuit Noord-Holland, heeft men de nummering van de toenmalige rijksweg richting Utrecht daarop laten volgen.
De A2 begint bij knooppunt Amstel in de A10. Hij is daar het verlengde van de S110, die 3 kilometer noordelijker begint bij de Torontobrug over de Amstel. De overgang van S110 naar A2 bevindt zich overigens nog voor het knooppunt ter hoogte van het Mercure Hotel en de inrit naar het tankstation.
Genoeg feitjes; laten we kijken wat er voor interessants te zien is onderweg. En dat is best veel, want alleen al wat het landschap betreft, is er enorme variëteit: van het veenweide landschap in Noord-Holland, via de grote rivieren en de Brabantse zandgronden naar het Limburgse heuvelland.
Van knooppunt Amstel (hm 31,1 ) naar Knooppunt Holendrecht (hm 36,3)
We gaan onder het spoorviaduct door van de lijn Schiphol – Utrecht/Hilversum/Almere en zijn dan al snel de stad uit. Aan weerszijden staat een bomenrij, maar daar tussendoor is links nog glimp van de Johan Cruyff arena te zien. Aan de rechterkant rijden we langs het natuurgebied Amstelscheg, een veenrivierenlandschap rondom Ouderkerk aan de Amstel. Het gebied werd in 2021 uitgeroepen tot het meest bijzondere landschap van Noord-Holland.
Bij knooppunt Holendrecht kruist de A2 de A9. Het bestaat eigenlijk uit twee knooppunten. Dat is een gevolg van problemen met de ruimtelijke inpassing van de verbinding tussen knooppunt Badhoevedorp en knooppunt Muiden. Holendrecht Noord is een ‘halve turbinekooppunt’. Turbine duidt op het feit dat men zonder snelheid te minderen af kan slaan. Holendrecht Zuid is een trompetknooppunt, simpelgezegd is er dan sprake van een T-kruising, waarvoor maar 1 viaduct nodig is. Het knooppunt is genoemd naar een zijriviertje van de Amstel dat we vlak na het knooppunt kruisen.
Van knooppunt Holendrecht (hm 36,3) naar knooppunt Oudenrijn (63,7 hm )
We rijden de provincie Utrecht binnen met rechts goed zicht op het veenweidegebied van het Groene Hart. Tot aan Maarssen zullen we vooral aan de rechterzijde dit landschap kunnen bewonderen. Voor Nederlanders misschien niet zo bijzonder, maar Europees gezien is het een uniek gebied. Het Groene hart is grofweg het gebied tussen de steden Amsterdam, Utrecht, Dordrecht en Leiden. Het is in in 2004 aangewezen als nationaal landschap.
We naderen de afslag Vinkeveen. Onze hoop om iets van de Vinkeveense plassen te zien, op nog geen 100 meter van de snelweg vervliegt al snel, want een metershoge geluidswal belemmert het zicht. Ter compensatie zijn er vogelfiguren in de wal verwerkt. Die hebben overigens niets met de achterliggende plassen te maken, maar de geluidswal maakt deel uit van het routeontwerp voor de A2: de Trekvogelroute. Deze symboliseert de zuidwaartse richting van de A2. Er is nog wel een relatie tussen de door turfwinning en oeverafslag ontstane plassen en de A2. Plaatselijk zijn de plassen uitgediept om zand te winnen voor de aanleg van de snelweg. Om van dit alles iets te zien moet u de afslag nemen.
Om het oerhollandse landschap te completeren is 2,5 km na de afslag Vinkeveen aan de linkerkant een molen te zien. Het is de Oukoper molen, een wipmolen, in 1644 gebouwd voor de afwatering van de polder Oukoop. Het is een rijksmonument in beheer bij het Utrechts landschap en op afspraak te bezichtigen. De molen is na restauratie weer in werking als hulpgemaal. Even verder aan de rechterkant steekt het kerktorentje van Nieuwer ter Aar nog net boven de bomen uit.
Links na de afslag Breukelen ziet u een Chinees ogend paviljoen. Het heette jaren geleden dan ook Oriëntal Palace en was volledig Chinees ingericht. Het is nu een Van der Valk hotel en is ontdaan van alle Chinese ornamenten. Alleen de geglazuurde dakpannen zijn gebleven. Het gebouw contrasteert nogal met de ernaast gelegen wipmolen (de Kortrijkse molen van 1696).
Een paar honderd meter verder gaan we over de spoorlijn Breukelen-Woerden, een aftakking van de lijn Amsterdam-Utrecht die aan de linkerzijde hier min of meer parallel aan de A2 loopt, evenals het Amsterdam-Rijn kanaal, maar dat krijgen we niet te zien, wel de bomenrij parallel aan het kanaal.
We naderen de agglomeratie Utrecht, een weinig boeiende afwisseling van geluidswallen en fabrieksloodsen. Maar een paar gebouwen aan de rechterzijde trekken toch de aandacht: City Skydive, waar u zich een astronaut in een ruimtestation kunt wanen en verwerkt in een bolling van de geluidswal de showroom met exclusieve auto’s van Louwman en de langgerekte rode slang achter de geluidswal: winkelcentrum Amac Utrecht The Wall. Intussen heeft u aan de linkerzijde van verre al een hoge schoorsteen gezien. Die is van de warmte-kracht centrale van Eneco. Deze levert voor 500.000 huishoudens stroom en voor 50.000 huishoudens warmte.
We duiken nu de Leidsche Rijn tunnel in om er 1650 meter verderop weer uit te komen. Het is eigenlijk een betonnen overkapping. De bouw ervan startte in 2007 en werd 5 jaar en ca. 1 miljard euro later in gebruik genomen. De tunnel maakte op die locatie stadsontwikkeling mogelijk zonder barrières en overlast voor omwonenden. Ook de spoorlijn Utrecht-Gouda wordt hier ondergronds gekruist.
Bij knooppunt Oudenrijn gaan we onder de A12 door. Oudenrijn, vernoemd naar de voormalige plaatselijke gemeente, is het oudste knooppunt van ons land. In 1939 werd het als een gelijkvloerse rotonde aangelegd. Het kreeg bekendheid vanwege de eerste file die er ontstond in 1955. Reden om het om te bouwen tot een volwaardig klaverbadknooppunt. Veel later, in 1996 werd het door middel van fly-overs uitgebreid tot een klaverturbine.
Van knooppunt Oudenrijn (hm 63,7) naar knooppunt Everdingen (hm 74,2)
We rijden tussen de plaatsen Nieuwegein (links) en IJsselstein (rechts) door. We zien er nauwelijks wat van vanwege geluidsschermen en bomenhagen. Bij de afslag Nieuwegein zien we rechts het beeld De Kroon van Ruud de Wint. Het beeld van staal is daar in 2001 geplaatst. De betekenis is niet duidelijk. Door de openingen in het beeld is er sprake van een moiré effect. Wat dit is, is hier niet zo makkelijk uit te leggen. Zie hiervoor: https://nl.wikipedia.org/wiki/Moir%C3%A9patroon.
IJsselstein ligt niet verrassend aan de IJssel, de Hollandse IJssel wel te verstaan. Kort na de afslag rijden we er overheen en is het riviertje rechts even te zien. Het was vroeger een aftakking van de Lek, maar werd al in de middeleeuwen afgedamd. Nu is het grotendeels gekanaliseerd en wordt hoofdzakelijk voor de recreatievaart gebruikt.
Vlak na de brug over de Hollandse IJssel ziet u rechts de zendmast Lopik. Die heet officieel de Gerbrandy toren. Het is met 366 meter de hoogste constructie in Nederland. Hij is in 1961 in gebruik genomen en in 1965 vernoemd naar de toenmalige premier Gerbrandy. De toren geeft radio en tv uitzendingen door en signalen voor telecommunicatie. De zendmast staat overigens in IJsselstein en niet in Lopik. Er heeft wel een radiozendmast in Lopik gestaan, maar die is in 2015 ontmanteld.
Dan steken we de Lek over via de Jan Blankenbrug, vernoemd naar de eerste inspecteur-generaal van de Waterstaat die leefde van 1755 tot 1838. Tot 1999 moest het verkeer gebruik maken van de Oude Lekbrug, een boogbrug. De beperkte capaciteit van deze brug leidde tot de beruchte files bij Vianen. De oude brug bleef nog tot 2004 in gebruik tot de opening van een tweede zogenaamde uitbouwbrug. Na een jarenlang werkeloos bestaan is de oude brug in 2021 verwijderd.
De Lek is een aftakking van de Rijn en heet zo tussen Wijk bij Duurstede en Krimpen aan de Lek waar hij uitmondt in de Nieuwe Maas. De rivier is een voortzetting van de Neder-Rijn. Tot in de vroege middeleeuwen werd bij Wijk bij Duurstede het Rijnwater via de Kromme Rijn en Oude Rijn bij Katwijk naar zee afgevoerd. Die route werd in 1122 afgedamd en zo werd de Lek de hoofdroute van de Rijn naar zee. Nu is dat de Waal, die we verderop zullen kruisen. De Lek is ook een hoofdvaarweg, er passeren jaarlijks ca. 5000 schepen.
We passeren Vianen tussen geluidswallen door. Daar is de kruising met de A27 (Breda-Almere), dat merkwaardigerwijs knooppunt Everdingen wordt genoemd, naar het dorp dat ca. 4 km verderop ligt. Het is een turbineknooppunt, maar wel een onvolledige. Mocht u komend uit de richting Utrecht besluiten om alsnog richting Almere te willen, dan heeft u een probleem. U moet dan bij de afslag Everdingen linksomkeerd maken.
Van knooppunt Everdingen (hm 74,2 naar knooppunt Deil (hm 90,3)
Dit traject ligt grotendeels in de Betuwe, het rivierengebied tussen de Lek en de Maas. De naam zou duiden op “goede grond” vanwege de rivierklei. We kennen de streek van de fruitteelt, maar we zullen vooralsnog hoofdzakelijk weidegronden en maisvelden zien. We passeren daarna het ecoduct Autena. Dat verbindt twee delen van de polder Autena, onderdeel van de Vijfherenlanden, een gebied van ecologische betekenis. De Vijfherenlanden is ook een gemeente, ontstaan in 2019 door fusie van een drietal gemeenten, waarvan er twee toen in de provincie Zuid-Holland lagen. Na veel discussie is besloten dat de fusiegemeente tot de provincie Utrecht zou gaan behoren.
Na de afslag Everdingen gaan we onder een viaduct door. Niets bijzonders denkt u, maar dit is wel degelijk een bijzonder viaduct. Het ligt namelijk in de Diefdijk, een waterkering die al vanaf de 13-de eeuw moet voorkomen dat bij overstromingen van de rivieren in de Betuwe het water het laagland van West-Nederland in stroomt. En de dijk heeft nog steeds deze functie. Hij behoort tot de primaire waterkeringen en daar mogen geen gaten (coupures) in zitten. De A2 zorgt voor zo’n coupure en daarom kan deze met schuiven afgesloten worden als er een overstroming dreigt. Tijdens het hoogwater van 1995 was dat bijna het geval en moesten er 140.000 mensen worden geëvacueerd. De Diefdijk maakte ook onderdeel uit van zowel de Oude als de Nieuwe Hollandse waterlinie, verdedigingswerken uit resp. de 17-de en de 19-de eeuw, waarbij het juist de bedoeling was land onder water te zetten om de vijand tegen te houden. De Diefdijk is tevens de provinciegrens, want we rijden nu de provincie Gelderland binnen.
We passeren nog een ecoduct (Lageveld) en na de afslag Beesd kruisen we de Linge. Aan de rechterzijde gunt een doorzichtige geluidswal ons een blik op dit riviertje en de kerk van Beesd. De Linge voert het water van de Betuwe af, maar wordt ook gevoed door Rijnwater.In de middeleeuwen gebeurde dat via een aftakking van de Waal bij Tiel, nu via het Pannerdens Kanaal bij Doornenburg. Vlak voor de afslag Geldermalsen zien we dan toch de eerste boomgaarden. Het mooiste is het natuurlijk als ze in bloei staan en dan bij voorkeur de hoogstamboomgaarden. Dan kunt u het beste een keer langs de Linge fietsen. De bloeitijd wisselt per jaar. Er bestaat een bloesem alert app, waarop je de actuele bloei kunt opzoeken.
Dan naderen we knooppunt Deil, waar we onder de A15 doorrijden. Het knooppunt is uitgevoerd als een klaverturbine. In dit geval met drie “klaverblaadjes”en een zogenaamde rangeerstrook in de richting Nijmegen. Het knooppunt is genoemd naar het dorpje in de buurt.
Van knooppunt Deil (hm 90,3) naar knooppunt Empel (hm 112,0 )
Na het bedrijventerrein van Waardenburg zien we in de verte al de de Martinus Nijhoffbrug opdoemen. Deze tuibrug met een overspanning van 256 meter dateert van 1996 en verving de Bommelsebrug van 1933. Die werd bekend door de beginregel van een gedicht van Martinus Nijhoff “Ik ging naar Bommel om de brug te zien”. Nijhoff bracht overigens geen ode aan de brug, maar hij was daar onder de indruk van het gezang van een schippersvrouw. Het volledige gedicht is o.a. hier te lezen:
https://www.bommelerwaardgids.nl/ode-aan-de-waard/ik-ging-naar-bommel-om-de-brug-te-zien/
De karakteristieke toren van Zaltbommel krijgen we ook al snel in beeld. Het is de Grote of Sint Maartenskerk. Links ligt de spoorbrug in de lijn Utrecht-’s Hertogenbosch. Die dateert al van 1869. Spoorbruggen over alle rivieren werden veel eerder aangelegd dan de verkeersbruggen. Deze heet de Dr. W. Hupkesbrug, genoemd naar een oud-directeur van de Nederlandse Spoorwegen, die in 1944 uit verzet tegen de Duitsers de spoorwegstaking organiseerde.
De Waal, de grootste rivier van ons land, is hier ca. 300 meter breed; 2/3 van het Rijnwater komt hierlangs. Dan hebben we het over een gemiddelde afvoer van 2200 m3 per sec. Tijdens het hoogwater van 1995 was dat 8000 m3/sec. Maximaal kan de rivier nu 10.560 m3/sec verwerken dankzij de maatregelen die genomen zijn door het project Ruimte voor de Rivier. Met zo’n 100.000 scheepspassages per per jaar is het de drukst bevaren rivier van Europa. Grote kans dat u duwboten met tot wel zes duwbakken voor de boeg ziet.
Na de Martinus Nijhoffbrug raken ineens 4,6 km rijksweg kwijt. Van hectometernummer 95,5 gaat het naar hectometer 100,1.
Het is nog een kilometer of 9 naar de volgende rivier: de Maas. Aan de rechterkant kondigt hij zich aan via een dijk die de uiterwaarden begrenst, maar op de brug is ons geen blik op de rivier gegund. We krijgen daarvoor een herkansing bij Roermond. De brug ligt er vanaf 1970. Daarvoor moest je over de oude rijksweg een paar kilometer oostelijk bij Hedel de Maas over.
Aan de overkant zijn we in de provincie Noord-Brabant en passeren al gauw het knooppunt Empel, een half turbineknooppunt, waar de A59 zich samenvoegt met de A2.
De ring van ’s ‘s-Hertogenbosch van hm 112,0 tot hm 121,3
We rijden nu over de ring van ‘s-Hertogenbosch. Je zou dan denken, dat je via snelwegen rondom de provinciehoofdstad kunt rijden. Maar dan kom je bedrogen uit, want het westelijke deel is een N-weg met gelijkvloerse kruisingen. We zien tussen de knooppunten hoofdzakelijk geluidschermen en bedrijventerreinen. Eén gebouw spring eruit, nl. het kantorencomplex Bolduc. In de naam is een verwijzing verwerkt naar Bois de Duc, Frans voor ‘s-Hertogenbosch.
Na 3,5 km, bij het knooppunt Hirtsham nemen we alweer afscheid van de A59, die op dit half sterknooppunt afbuigt naar het oosten.
U ziet langs snelwegen regelmatig bordjes met CADO erop, zoals ook op dit traject. Dit heeft niets met geschenken te maken. Het is de afkorting van Calamiteiten Doorsteek. Dat duidt op een opening in de vangrails om hulpdiensten doorgang te verlenen.
Direct na de afslag Veghel gaan we over de Zuid-Willemsvaart. Het kanaal is bijna 200 jaar oud en venoemd naar de koning Willem I. Hij werd ook wel de kanalenkoning genoemd, omdat hij de aanleg van kanalen sterk heeft gestimuleerd. De Zuid-Willemsvaart loopt van de Maas bij ‘s-Hertogenbosch naar de Maas bij Maastricht, indertijd aangelegd omdat de rivier de Maas niet altijd goed bevaarbaar was. Het gedeelte waar hij de A2 kruist, is een oude tak van het kanaal dwars door ‘s-Hertogenbosch. Dat leverde zoveel beperkingen op voor zowel de scheepvaart als het wegverkeer, dat men besloot een nieuwe kanaal oostelijk om de stad heen aan te leggen. Dat werd het Maximakanaal dat in 2014 werd geopend.
Het hoge gebouw rechts is het provinciehuis, met 103 meter het hoogste gebouw van Den Bosch.
Bij knooppunt Vught splitst de snelweg zich, de A65 gaat rechtdoor richting Tilburg, waar het overigens al na ruim een kilometer als snelweg ophoudt.
Nog voor de splitsing gaan we over de Dommel, een 120 kilometer lange beek, die ontspringt in Belgisch Limburg en via de Dieze in de Maas uitmondt.
Van knooppunt Vught (hm 121,3 naar knooppunt Ekkersweijer (hm 142,5)
Bij hm 124,3 kondigt een bord Het Groene Woud aan. Dit is een als nationaal landschap aangewezen gebied tussen tussen Den Bosch, Tilburg en Eindhoven. Het maakt deel uit van de Brabantse zandgronden waar we inmiddels zijn binnengereden. Dat bestaat voornamelijk uit zogenaamd dekzand, dat door de wind is afgezet tijdens de laatste ijstijd (grofweg 10- tot 100 duizend jaar geleden). Het landschap is kleinschalig, met bossen, houtwallen, heidevelden en landbouw waar de oorspronkelijke heide is ontgonnen. Bij Boxtel rijden we een paar kilometer vlak langs de Dommel. Aan de linkerkant is er af en toe een glimp van te zien.
Tussen de afslagen 26 en 27 doet het groene woud zijn naam eer aan, want we rijden merendeels door bosgebied.
Voor ons wel leuk natuurlijk, maar niet voor de dieren, waarvoor de A2 een enorme hindernis is. Daarom is er in 2005 ongeveer halverwege een ecoduct aangelegd (bij hm 136, 5). Met enige moeite valt de naam Het Groene Woud te lezen. Toch is ook in dit nationaal landschap sprake van intensieve veehouderij, zoals vlak voor de afslag Best West.
Na de afslag Best kruisen we bij hm 141,6 het Wilhelminakanaal. We kunnen het nog net zien door de transparante geluidswal. Dit kanaal verbindt de Amer (verlengde van de Maas) bij Geertruidenberg met de Zuid-Willemsvaart bij Aerle Rixtel. Het kanaal vierde in 2023 het 100-jarig bestaan. Voor meer informatie zie: https://vanittersum.nl/wp-content/uploads/2023/05/wilhelminakanaal.pdf
Bij knooppunt Ekkersweijer, een half sterknooppunt genoemd naar het natuurgebied dat vlak ten oosten ervan ligt, sluit de A2 aan op de A50. Dat is de snelweg tussen Eindhoven en Nijmegen. We rijden nu op de Randweg Eindhoven.
De Randweg Eindhoven van hm 142,5 tot hm 169,3
Het knooppunt Ekkersweijer gaat gaat meteen over in het knooppunt Batadorp (ook een halve sterknooppunt). We raken in de hectometering daar 10 kilometer kwijt want de getallen verspringen van 143,2 naar 154,3.
Deze en andere hectometersprongen zijn ingevoerd doordat Rijkswaterstaat in de jaren 70 heeft besloten om op het hoofdwegennet hectometersprongen in te voeren, zodat bij een verlegging van de weg niet alle hectometerbordjes vervangen hoeven te worden.
Bij de afslag 29 naar Eindhoven Airport ziet u rechts een groen-geel gestreepte wand. Je zou het niet verwachten, maar hierachter vinden de allernieuwste technische ontwikkelingen plaats. Het is de Brainport Industries Campus en het adverteert zich op zijn website als een unieke locatie in de Brainport regio, waar meer dan 50 bedrijven in de hightech maakindustrie en 3 onderwijsinstellingen zijn gevestigd.
Bij hm 161 lijkt het of we langs een immens orgel rijden. Het is een wel heel bijzondere geluidswal. Hij bestaat uit geperforeerde pijpen die het geluid absorberen en reduceren.
We krijgen verder behalve bedrijventerreinen weinig van Eindhoven te zien. Bij knooppunt de Hoght (een halve sterknooppunt) sluit de A2 aan op de A67. Dat is de snelweg die van Bladel aan de Belgische grens naar de Duitse grens bij Venlo loopt. De Hoght is genoemd naar het naastgelegen natuurgebied, dat nu onderdeel is van het terrein Dommeldal van Natuurmonumenten. De snelweg kruist de Dommel midden op het knooppunt zoals een bord ook aangeeft.
Tussen de knooppunten de Hoght en Leenderheide zien we links de gebouwen van de Hightech Campus Eindhoven. Het is – zoals ze zichzelf noemen op de website – de slimste vierkante kilometer van Europa, een ecosysteem van 300 hightech bedrijven en thuisbasis van 12500 onderzoekers.
Van knooppunt Leenderheide (hm 169,3 naar Knooppunt Het Vonderen (hm 220,9)
Bij knooppunt Leenderheide, genoemd naar het natuurgebied bij het dorp Leende, nemen we afscheid van de A67 en zetten we koers naar Limburg. Al snel zien we het bord ‘De Groote Heide’. Dit is een verzameling natuurgebieden die deel uit maken van het Natuurgrenspark De Grote Heide. Het strekt zich uit tot in Belgisch Limburg, een uitgestrekt natuur- en recreatiegebied met bos, heide en vennen. Heide gaan we niet zien, want we rijden ca. 6 km door bos aan weerszijden van de weg. Hekken voorkomen dat wild de weg oversteekt. Dat moeten ze doen bij het ecoduct De Grote Heide, dat in 2013 is aangelegd.
Bij Leende verlaten we het bos weer, maar niet voor lang, want vlak nadat we de spoorlijn Eindhoven-Roermond gekruist hebben en door de Limburgers welkom geheten zijn, rijden we tussen het Weerterbos aan de linkerkant en de Weerter- en Budeler bergen aan de rechterkant door. Dit zijn Natura 2000 gebieden. Ze worden verbonden door de natuurbrug Weerterbergen,. Met de bergen worden de stuifduinen bedoeld die daar voorkomen, maar die we niet te zien krijgen.
We gaan met een grote bocht om Weert heen. Links zien we de kerktoren van Nederweert en rechts bij afslag 39 een groot distributieventrum van DHL. Dan gaan we voor de tweede keer over de Zuid-Willemsvaart en komen tot de ontdekking dat we volgens in de hectometerering weer bijna 5 kilometer zijn kwijtgeraakt. Meteen daarna ziet u links de molen Windlust. Geen erg originele naam voor een molen. De molendatabase vermeldt ca. 50 molens met die naam. Deze bij Reuver is een beltmolen (dat wil zeggen dat hij op een heuveltje staat). Hij werd in de oorlog compleet verwoest, maar daarna weer gerestaureerd en maalt nu weer koren. Hij is ook te bezichtigen.
We rijden nu door het zuidelijke deel van De Peel. Dat is een grotendeels afgegraven hoogveengebied op de grens van de provincies Noord-Brabant en Limburg. De parkeerplaats Roevenpeel is genoemd naar het natuurgebied er vlakbij. Links na de parkeerplaats is een van de vennetjes zichtbaar.
Tussen de afslagen 40 en 41 rijden we een kaarsrecht stuk parallel aan het kanaal Wessem-Nederweert. Het ligt pal achter de bomenrij aan de linkerzijde en verbindt de Zuid-Willemsvaart met de Maas.
Bij afslag 41 zien we rechts de 118 meter hoge toren van het Cellnex datacenter. Daarna zien we in de verte de Clauscentrale opdoemen met zijn twee grote koeltorens. Het is een gasgestookte elektriciteitscentrale. De producent is RWE. De centrale is in 1977 gebouwd, maar heeft tussen 2014 en 2020 vanwege overproductie stilgelegen. Het huidige vermogen is 1304 megawatt.
De centrale ligt vanwege het benodigde koelwater aan de Maas, waar we in tegenstelling tot de oversteek bij ’s Hertogenbos hier wel een goed zicht op hebben. De situatie is wel complex; we zien een wirwar van waterwegen. We gaan over de 510 meter lange Maasbrug, geen erg originele naam, want er zijn er in Nederland zeven bruggen met die naam. We gaan dan eerst over de echte Maas, die aan de rechterkant een aftakking heeft naar de haven van Wessem en verder gaat als Grindmaas en Grensmaas met voornamelijk een functie voor waterafvoer, recreatie en natuur. Aan de andere kant van het eiland ligt de scheepvaartroute, die als Julianakanaal verder gaat richting Maastricht. Aan de linkerzijde zien we de aftakking naar het Kanaal Wessem Nederweert en verderop de Molengreend, een van de vele Maasplassen, ontstaan door grindwinning.
Bij knooppunt Het Vonderen sluit de A73, die begint bij Ewijk, zich aan op de A2. Het is een enkelzijdig knooppunt. Als u hier richting Ewijk wilt, bent u te laat. U had dan bij afslag 44 een shortcut moeten maken via de N276.
Van knooppunt Het Vonderen (hm 220,9) naar knooppunt Kerensheide (hm 240,5)
We rijden nu pal naar het zuiden langs de oostelijke rand van de Maasvallei. De struiken aan de rechterzijde maskeren een dijk. Die is niet van de Maas, maar van het Julianakanaal. Dat kanaal loopt van Borgharen naar Maasbracht en is in 1925 opengesteld als eerste traject in het kader van de kanalisatie van de Maas. Daar rijden we vlak langs tussen Echt en Roosteren. Dat het kanaal vlakbij ligt, is af te leiden uit de hoogte van het viaduct voor de afslag Roosteren. Die is veel hoger dan andere viaducten. Dat komt omdat in het verlengde de vaste brug over het Julianakanaal ligt en die is ontworpen voor een doorvaarthoogte van ruim 10 meter. Bij de afslag Roosteren zien we aan de rechterzijde een soort van fort. Dit is de campus Holtum Born, een distributiecentrum voor verschillende bedrijven.
Ter hoogte van de verzorgingsplaats Ter Anker rijden we door het smalste stukje Nederland. De grens met België ligt een kleine 2 kilometer westelijk en de grens met Duitsland, tevens het meest westelijke punt van Duitsland, ligt nog geen 3 kilometer oostelijk van de snelweg.
Links voor de afslag Born zien we het fabriekscomplex van VDL NedCar, een autofabriek waar tot maart 2024 BMW mini’s worden gemaakt. Daarna is de toekomst van het bedrijf onzeker.
Bij hm 234,1 kruisen we de goederenlijn Sittard – Born. Waar hier vroeger kolen werden vervoerd van de mijnen naar de havens aan het Julianakanaal, wordt de lijn nu gebruikt door o.a. de staalfabriek Acelor Mittal in Born. Een paar kilometer verderop na afslag 48 zien we nog meer afgeleiden van de vroegere mijnbouw in Limburg, zoals het industriecomplex Chemelot links van de snelweg. Verschillende industrieën zoals Sabic hebben hier de plaats ingenomen van DSM en maken chemische producten zoals ammoniak en salpeterzuur, maar ook o.a. kunstmest.
Het bord Brightlands op een van de bouwwerken duidt op de Brighland campus die hier ook gevestigd is en waar wetenschappelijk onderzoek wordt gedaan. Een vergelijkbare campus zagen we al langs de randweg Eindhoven.
Het industriegebied met zijn schoorstenen en koeltorens strekt zich aan de linkerzijde uit tot voorbij het knooppunt Kerensheide. Daar staat ook nog een energiecentrale van RWE. Het knooppunt is een zgn. klaverturbine en is genoemd naar de gelijknamige wijk in het aan de rechterzijde gelegen Stein.
Bij het knooppunt kruisen we de A76, de snelweg dwars door zuid Limburg van de Belgische grens bij Stein tot de Duitse grens bij Bocholtz.
Van knooppunt Kerensheide (hm 240,5) naar knooppunt Kruisdonk (hm 252,3 )
We rijden tussen de plaatsen Elsloo (links) en Beek (rechts) door. We kruisen andermaal de spoorlijn Eindhoven-Maastricht via een stalen boogbrug met rechts een doorkijkje naar station Beek-Elsloo. Na Elsloo zien we ineens dat we door een heuvellandschap rijden. Een bruin bord bevestigt dat we in Zuid-Limburg zijn gearriveerd. Ongemerkt zijn we sinds Amsterdam 100 meter in hoogte gestegen. Het heuvelland vormt de noordflank van de Ardennen, die zijn ontstaan door opheffende bewegingen van de aardkorst gevolgd door insnijdingen, waardoor oude geologisch lagen dicht aan de oppervlakte zijn komen te liggen (o.a. met steenkool en mergel). In de ijstijd is er door de wind fijn materiaal afgezet: löss.
In de verte zien we nu de verkeerstoren van Maastricht Aachen Airport. Het is als militair vliegveld aangelegd in het laatste oorlogsjaar 1945. Snel daarna werd het gebruikt voor de burgerluchtvaart en vrachtvervoer en heette het vliegveld Beek. Nadat ook de Duitse en Belgische buren aandeel kregen in het vliegveld kreeg het in 1994 de naam Maastricht Aachen Airport. Het vliegveld overleefde protesten over geluidsoverlast en financieringsproblemen. Nu is het met 260.000 passagiers per jaar (2022) het vierde vliegveld van Nederland. Daarnaast zijn er ook vrachtvluchten.
Aan de rechterzijde ziet u pal naast de snelweg enkele typisch Zuid-Limburgse boerderijen met een poort naar een binnenhof.
Bij de afslag Meerssen krijgen we een prachtig uitzicht over het Limburgs heuvelland en beginnen we af te dalen naar het Maasdal. We krijgen een stukje gezelschap van de spoorlijn Eindhoven Maastricht en bereiken knooppunt Kruisdonk, genoemd naar een landhuis met die naam. Hier voegt de A79 uit Heerlen zich bij de A2.
Van knooppunt Kruisdonk (hm 252,3) naar de Belgische grens (hm 272,7)
Na dit knooppunt rijden we Maastricht binnen, maar daar merken we niet zoveel van, want we duiken meteen de koning Willem Alexandertunnel in. Op 16 december 2016 was het dan eindelijk zover dat het laatste knelpunt in de A2/E25 en verder richting Frankrijk werd opgelost. En hoe. De 2,5 km lange tunnel bestaat uit 4 tunnelbuizen in 2 lagen: de onderste 2 zijn voor de A2, de bovenste 2 voor de lokale N2. De grond boven de tunnel is benoemd als Groen Loper. Dit gebied wordt herontwikkeld met veel ruimte voor groen, fietsers en voetgangers.
Uit de tunnel kunt u rechts tussen de bomen de gebouwen van de Universiteit van Maastricht zien.
Daarna raken we weer 5 kilometer kwijt in de hectometrering.
Bij de afslag 57 hebben we af en toe aan de linkerkant vrij zicht op het Savelsbos, een hellingbos, dat een scherpe overgang markeert van het plateau van Margraten naar het Maasdal waar wij doorheen rijden.
Tussen dichte bomenrijen door leggen we de laatste kilometers af naar de Belgische grens met links en rechts in de verte Belgische industrieterreinen. Bij hectometerpaaltje 272,7 eindigt de A2. Dat wil niet zeggen dat we ook zoveel kilometers hebben gereden. Er waren immers hiaten in de hectometrering. Daarmee rekening houdend hebben we 208 kilometer afgelegd. De A2 eindigt weliswaar, maar de E25 gaat door, helemaal naar Genua en dan verrassend genoeg verder over de eilanden Corsica en Sardinië met als eindbestemming Palermo op Sicilie.