De reis
In januari en februari van 2019 maakten wij een reis per auto (een 4wd met daktent) van Ushuaia, de Zuidelijkste stad van Argentinië naar Arica, de Noordelijkste stad van Chili. We kruisten de Chileens-Argentijnse grens en daarmee de Andes zes keer. De landschappen die we doorkruisten zijn onbeschrijfelijk mooi met gletsjers, vulkanen, eindeloze vlaktes, kleurrijke bergen, zoutvlakten en woestijnen. Hoewel de steden het wat betreft de historie en cultuurmonumenten niet halen bij die in Europa valt er toch nog wel wat te fotograferen, zoals in Valparaiso en Salta, de havens van Iquique en Arica en verlaten mijnen en pelgrimsoorden. Mensen zie je soms de hele dag nauwelijks, maar in het noorden geven indianen de dorpjes letterlijk kleur.
Vuurland
We vlogen naar Ushuaia op Vuurland. Het is een eiland gescheiden van het vasteland van Zuid-Amerika a door de straat van Magellanes. Het is de uitvalsbasis voor tochten naar Antarctica. Wij zagen daar van af vanwege de hoge kosten, maar ook vanwege de lange overtocht over ruwe zee. Het waait veel en hard op Vuurland en in heel Patagonië (grofweg het deel van Chili en Argentinië ten zuiden van de Rio Negro). Ushuaia is een rommelige stad, waar overal appartementen zonder enige planning worden gebouwd tussen de op stacaravans lijkende bestaande woningen. Er was vroeger een gevangenis. De streepjespakken vinden nu gretig aftrek bij toeristen. Je kunt prima wandelen in het nabij gelegen Parque National Terra del Fuego. Daar bevindt zich ook het beginpunt van de Pan American Highway, die na het bijna 18000 kilometer uitkomt in Alaska.
De Patagonische ijsvlakte
Ten noordwesten van Puerto Natales ligt de Patagonische ijsvlakte, op Antarctica en Groenland na de grootste ter wereld. Wij bezochten de gletsjer die uitmondt in het Lago Grey en de Perito Moreno bij El Calafate. Het Lago Grey ligt in het Parque National Torres del Paine, bekend om zijn als torens oprijzende rotsformaties. De gletsjers zijn enorm groot. Ze vormen aan het uiteinde een ijsmuur van wel 50-70 meter hoog. Ze bewegen langzaam naar beneden richting meer, waar onder luid geraas grote stukken afbrokkelen.
Ruta 40
De ruta cuarenta, rijksweg nummer 40, in Argentinië is beroemd en berucht. Hij loopt van de zuidwestelijke kust bij de straat van Magellanes naar de grens met Bolivia en is ruim 5000 kilometer lang. Grote delen zijn onverhard en na zware regenval onbegaanbaar. Wij hebben er verschillende stukken van gereden, vooral in de droge nauwelijks begroeide Patagonische vlakte. Op het gravel kregen we twee keer een lekke band. De wegen zijn eindeloos, de kleine dorpjes liggen op 50 tot 100 kilometer afstand met daartussen een enkele estancia. De enige levende wezens zijn de guanacos, een wilde lama soort. Je komt langs een aantal plaatsen bekend uit films en boeken: het eindpunt van de oude Patagonië expres in Esquel en de boerderij van Butch Cassady en de Sundance kid bij Cholilla en ook langs de afgelegen prehistorische grot met de handen: de cueva de las manos.
Carretera austral
Misschien nog beroemder dan de ruta 40 is de carretera austral (de zuidelijke weg) in Chili. Deze grotendeels onverharde weg loopt van Puerto Montt naar Villa O’Higgins, een lengte van ruim 1200 kilometer. De aanleg begon in 1976 met als doel dit deel van Chili over land te ontsluiten, dat tot dan alleen over zee of via Argentinië was te bereiken. Stukje bij beetje werd hij opengesteld en nog steeds wordt er gewerkt aan de verbetering van de verbinding. Het zuidelijk deel is wasbordpiste met veel kuilen, steile hellingen, plassen bij regen en stof bij droogte. Kortom een uitdagende weg om te rijden. Hij staat wonderbaarlijk genoeg bij fietsers hoog op de bucket list. Je wordt wel beloond voor je inspanningen met geweldige uitzichten over de fjorden en de gletsjers.
Valparaiso
Het middengedeelte van Chili is minder interessant. We zijn daarom over de autosnelweg doorgereden naar Valparaiso. Dat ligt op een steile helling aan de kust. Een stad met veel trappen en liften. Het is ook een openluchtmuseum vanwege de vele straatkunst. Bijna alle huizen zijn kleurig geverfd en vaak ook door graffiti voorzien van fraaie schilderingen. Het is er wel smerig. Vooral de vele zwerfhonden zijn daar schuldig aan.
Difunta Correa
De Zuid-Amerikanen zijn vrijwel allemaal overwegend Rooms-Katholiek. Je ziet dit aan de kerkjes in alle dorpen, maar ook langs de weg staan om de paar kilometer altaartjes gewijd aan Maria, maar ook veel aan Difunta Correa. Dit is een door de bevolking heilig verklaarde vrouw. Zij zou volgens de legende in het midden van de 19-de eeuw op zoek gegaan zijn naar haar man in de woestijn. Ze was zwanger en beviel daar van een kind. Daarbij stierf ze. Toen ze gevonden werd zag men de baby drinken aan de borst van de dode vrouw. Dat was een wonder en ze wordt sindsdien vereerd en voorspoed wordt aan haar toegeschreven. De plaats waar ze gevonden werd, niet ver van San Juan in Argentinië, is nu een pelgrimsoord, waar mensen haar komen bedanken. Dit tonen ze door bijvoorbeeld een maquette van hun huis daar neer te leggen of het nummerbord van hun auto er op te hangen.
Wonderlijke rotsformaties
Noordelijk van San Juan kwamen we terecht in een landschap, dat voor geologen is om van te likkebaarden. In de Valle de la Luna waan je je inderdaad in een maanlandschap met door winderosie ontstane formaties die lijken op paddenstoelen. Ook de kloven in de buurt van Salta zijn spectaculair. Op sommige plaatsen lijken de veelkleurige rotsen wel geverfd.
Indianen in het noorden
De indianen maken nu nog maar 1-2% van de totale bevolking van Argentinië uit. Je vindt ze vooral in het noordwesten van het land. In het dorp Purmacara bijvoorbeeld vullen ze het marktplein met hun kleurige kleding en koopwaar. Ze bezitten nog stukken land in deze streek maar dat wordt bedreigd door de oprukkende mijnbouw. Het gesteente bevat lithium, een grondstof o.a. voor batterijen. Toen wij passeerden was er een demonstratie van indianen om te protesteren tegen de mijnbouw op hun grond.
Vulkanen en woestijnen
We staken andermaal de grens naar Chili over via de 4800 meter hoge Paso de Jama. Een fantastische rit. Een steile klim naar een hoogvlakte met zicht op meerdere vulkanen, langs een zoutvlakte en dan weer steil omlaag naar San Pedro de Atacama, een backpackersoord. Dan dwars door de woestijn naar de kust. De Atacama woestijn is de droogste ter wereld, behalve dan in februari 2019 toen, een week voordat wij er arriveerden, zware regenval veel wegen en bruggen vernielde. De hoofdwegen waren toen gelukkig grotendeels weer hersteld.
Visserij
De woestijn strekt zich uit tot aan de kust. Er zijn hier maar enkele steden. We overnachtten in Iquique en op onze eindbestemming Arica. Deze plaatsen hebben een kleine haven, waar het een drukte van belang is, wanneer de vissersboten arriveren. Verse vis wordt ter plekke verkocht. Niet alleen mensen hebben hier belangstelling voor, maar ook robben en pelikanen pikken hun portie mee.